Betrouwbare kennis over psychische problemen bij kinderen en jongeren

Zoeken
Generic filters
Exact matches only

Asielprocedure

Aanmelden

De asielprocedure van asielzoekers die in Nederland aankomen, begint bij het aanmelden bij de centrale ontvangstlocatie in Ter Apel. In Ter Apel zijn Nidos, de Immigratie-en Naturalisatiedienst (IND), de Raad van Rechtsbijstand (RvR), het COA en de Afdeling Vreemdelingenpolitie Identificatie en Mensenhandel (AVIM) vertegenwoordigd. De AVIM registreert de persoonsgegevens zoals naam, geboortedatum en nationaliteit. Ook neemt de AVIM vingerafdrukken af bij alle nieuwkomers. Hier vandaan worden asielzoekers naar één van de aanmeldcentra in Ter Apel, Den Bosch of Zevenaar gebracht. Op Schiphol is een aanmeldcentrum voor asielzoekers die per vliegtuig naar Nederland komen. Het type opvanglocatie hangt af van de fase van de asielprocedure waarin iemand zich bevindt.

Tijdens de aanmeldfase krijgt elke asielzoeker een verplicht medisch onderzoek een TBC-screening. GGD’en en Jeugdgezondheidszorg (JGZ) instellingen bieden vluchtelingenkinderen het medisch onderzoek en vaccinaties aan. In principe wordt hiermee gestart in de opvanglocaties van het COA. Als vluchtelingkinderen snel doorstromen naar een gemeente, neemt JGZ deze taak op zich.

Asielprocedure van de amv

Naast de Eurodac-registratie ondertekent de jongere bij de AVIM ook de asielaanvraag. Tevens wordt hier door de AVIM een proces verbaal opgesteld. Dit proces verbaal bevat personalia en de reisroute, er wordt niet ingegaan op het vluchtverhaal. Wel kunnen er aanvullende vragen gesteld worden wanneer meerderjarigheid wordt vermoed op basis van bijvoorbeeld uiterlijkheden of wanneer er concrete aanwijzingen voor zijn. Bij uiterlijkheden kan gedacht worden aan kaalheid, grijze haren, baardgroei en rimpelvorming. Concrete aanwijzingen kunnen aanwijzingen in de verklaringen van de jongere zijn.

Bij het Aanmeldcentrum team (ACTA) van Nidos worden alle Amv’s gezien die binnenkomen. De asielaanvraag door kinderen onder de 12 jaar wordt door Nidos ondertekend. Het ACTA-team screent alle jongeren op leeftijd en kwetsbaarheid, daarnaast bepalen zij welke jongeren diezelfde dag nog uitgeplaatst moeten worden. Jongeren onder de vijftien worden in een Opvang Wonen in Gezin (OWG) geplaatst. Slachtoffers van mensenhandel worden in de Beschermde Opvang (BO) geplaatst. Anderszins kwetsbare jongeren boven de vijftien worden ook dezelfde dag nog uitgeplaatst naar bijvoorbeeld een OWG-gezin. Deze jongeren doorlopen het 3-dagen traject op één dag. Alle andere jongeren worden geïndiceerd voor een Procesopvang locatie (POL) en komen eerst op de wacht locatie terecht waar ze de rest van het traject doorlopen.

Rust- en voorbereidings- termijn

In het aanmeldcentrum gaat de rust- en voorbereidingstermijn van minimaal zes werkdagen in. In deze periode kunnen de asielzoekers rusten en zich voorbereiden op hun asielprocedure. Ze krijgen voorlichting van VluchtelingenWerk over de asielprocedure en kunnen met hun advocaat praten. Deze wordt hen toegewezen door de Raad van de Rechtsbijstand en de kosten hiervan worden betaald door de Nederlandse overheid. Daarnaast krijgen asielzoekers medisch advies van Gezondheidszorg Asielzoekers (GZA), voorheen Gezondheidscentrum Asielzoekers (GCA). Dit advies geeft aan of de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) rekening moet houden met lichamelijke beperkingen zoals doofheid of psychische gevolgen van psychotrauma. De IND onderzoekt in deze periode persoonlijke documenten en stelt de identiteit van de asielzoeker vast. Na de rust- en voorbereidingstermijn start de algemene asielprocedure.

De rust- en voorbereidingstermijn (RVT) voor asielzoekers duurt ongeveer drie weken. Deze periode is bedoeld om de asielzoeker tot rust te laten komen en om hem of haar goed voor te kunnen bereiden op de asielprocedure.
Om de amv zo goed mogelijk te kunnen voorbereiden is het belangrijk om een inschatting te maken van de jongere. Er zijn een aantal groepen die tijdens de asielprocedure als extra kwetsbaar gezien kunnen worden omdat zij bijvoorbeeld door bepaalde omstandigheden minder goed kunnen verklaren.

Ook vindt tijdens de RVT de dag-1 plaats. Op het moment dat bij de IND de startdatum van de asielprocedure bekend is, geven zij deze door aan de Raad van Rechtsbijstand (RVR). De RVR koppelt een advocaat aan de asielzoeker.
De voorbereiding op de asielprocedure begint met een eerste gesprek met de advocaat (op zijn kantoor of op een aanmeldcentrum). Deze dag -1 wordt ook door de RVR ingepland. Dit is doorgaans twee weken voor de startdatum van de asielprocedure. Tijdens de dag -1 maakt de AMV kennis met de advocaat, krijgt hij een algemene uitleg over de asielprocedure en wordt hij voorbereid op de gehoren.

Opvang van kinderen

Tijdens de gehoren kunnen kinderen onder de vier jaar worden opgevangen in kinderopvang op de aanmeldcentra. In de praktijk blijkt dat ouders (vooral moeders) vaak hun kind(eren) niet willen achterlaten bij ‘vreemden’ en ervoor kiezen om hun kinderen onder te brengen bij asielzoekers die op dezelfde locatie verblijven en dezelfde taal spreken. Soms nemen ouders hun kinderen mee naar een gehoor. Dit komt de kwaliteit van het gehoor echter vaak niet ten goede. Ouders kunnen afgeleid raken doordat een kind om aandacht vraagt of details van hun verhaal achterwege laten omdat zij dit niet willen vertellen in het bijzijn van kinderen.

Algemene asielprocedure

De algemene asielprocedure duurt acht dagen.

Op de eerste dag vindt het ‘eerste gehoor’ plaats. Tijdens dit gesprek praat een medewerker van de IND met de asielzoeker om zijn identiteit, nationaliteit en reisroute vast te stellen. Meereizende kinderen krijgen alleen boven de 15 jaar een gehoor. Voor kinderen jonger dan 15 jaar geldt dat niet.

Op de tweede dag kan de asielzoeker het eerste gehoor bespreken met zijn advocaat. Daarnaast bereid hij zich voor op het tweede gehoor, dat op de derde dag plaats vindt. Dit wordt ook wel het ‘nader gehoor’ genoemd. Tijdens dit gesprek vertelt de asielzoeker de medewerker van de IND waarom hij is gevlucht.

Op de vierde dag kan de asielzoeker het nader gehoor bespreken met zijn advocaat. Verbeteringen en aanvullingen op het gehoor kunnen hierna worden doorgegeven aan de IND.

Na de vierde dag beslist de IND of zij voldoende informatie hebben om over de aanvraag in de algemene asielprocedure te beslissen of dat de asielzoeker naar de verlengde asielprocedure gaat. Daarin kan bijvoorbeeld meer onderzoek worden gedaan. Tijdens de verlengde asielprocedure woont de asielzoeker in een asielzoekerscentrum (azc). De verlengde asielprocedure duurt maximaal zes maanden. De IND kan deze termijn verlengen tot maximaal 15 maanden. Bijvoorbeeld als er meer onderzoek nodig is. In overleg met zijn advocaat kan de AMV tegen deze beslissing in beroep gaan.

Op de vijfde dag zijn er drie mogelijke uitkomsten. Ten eerste kan er een positieve beschikking worden afgegeven en wordt de status van de asielzoeker verlengd. Ten tweede kan er om een verlenging van de asielprocedure worden gevraagd. De derde optie is een voornemen tot afwijzing. De advocaat zal ik dat geval de bezwaargronden met de asielzoeker doornemen.

Op de zesde dag zal de advocaat de zienswijze indienen en op de zevende of achtste dag zal er een beslissing worden genomen over het asielverzoek bij de IND. Na een negatieve beschikking is er beroep mogelijk en bij nieuwe feiten is er een herhaalde asielaanvraag (HASA) mogelijk.

Toekennen verblijfsvergunning

Als de asielzoeker aan de voorwaarden voldoet en bijvoorbeeld terecht vreest voor vervolging in het land van herkomst, krijgt hij een tijdelijke verblijfsvergunning. Na vijf jaar kan een definitieve verblijfsvergunning worden aangevraagd. Op de website van de IND staan de voorwaarden voor een verblijfsvergunning asiel onbepaalde tijd. In 2018 kregen 7.810 mensen een asielstatus toegewezen. Dit betrof 49% van de eerste aanvragen.

Er kan een onderscheid worden gemaakt tussen asielzoekers die een verblijfsvergunning krijgen op basis van een A- of B- grond. Een asielzoeker krijgt een A-status wanneer hij een verdragsvluchteling is, dit is het geval wanneer hij is gevlucht vanwege één van de gronden die in het verdrag staan. Een asielzoeker die bij uitzetting een reëel risico loopt op een onmenselijke behandeling, krijgt een B-status. De duur van het verblijf is voor zowel de verblijfsvergunning op A-grond als B-grond hetzelfde, namelijk in beginsel vijf jaar. Een asielzoeker komt zo in aanmerking voor een asielvergunning op de A-grond of de B-grond. In deze paragraaf zullen daarom alleen deze punten kort toegelicht worden. Voor uitgebreide informatie kun je de juridische helpdesk raadplegen.

Afgewezen asielaanvraag

Wanneer de asielaanvraag wordt afgewezen heeft een asielzoeker nog 28 dagen recht op opvang. In deze vier weken kan een asielzoeker in beroep gaan of werken aan de terugkeer. COA blijft in deze periode verantwoordelijk voor de opvang van het hele gezin. De asielzoeker kan in beroep gaan tegen de afgewezen asielaanvraag. Een rechter toetst dan de beoordeling van de IND. Indien de asielzoeker of de IND het niet eens is met de beslissing van de rechter, kan in hoger beroep worden gegaan bij de Raad van State. Als deze ook oordeelt dat de IND juist heeft besloten, kan de asielzoeker nog naar het Europese Hof voor de Rechten van de Mens. Dit Hof krijgt veel zaken voorgelegd. Hierdoor kan het lang duren voor de Europese rechter uitspraak doet in een zaak.

Herhaalde asielaanvraag

Asielzoekers waarvan de asielaanvraag is afgewezen kunnen in bepaalde situaties een nieuwe asielaanvraag doen. Dit is het geval wanneer de persoonlijke situatie van de asielzoeker is veranderd of wanneer hij over nieuwe informatie beschikt waaruit blijkt dat zij niet veilig naar hun land van herkomst kunnen terugkeren. Voordat zij die nieuwe asielaanvraag kunnen indienen moeten zij eerst de IND hierover informeren.

De IND nodigt de asielzoeker vervolgens uit zich te melden bij een IND-aanmeldcentrum voor het indienen van een vervolgaanvraag. Dit gebeurt op een specifieke dag en tijd. Na aanmelding controleert de IND de identiteit van de asielzoeker en tekent de asielzoeker de officiële asielaanvraag. Hierna volgt een gesprek met een IND-medewerker over de nieuwe feiten en omstandigheden die de basis vormen van de vervolgaanvraag. De asielzoeker ontvangt dezelfde dag de voorgenomen beslissing van de IND. Als de asielaanvraag wordt afgewezen kan de asielzoeker de beslissing de volgende dag bespreken met zijn advocaat en een formele reactie indienen bij de IND. Op de derde dag van de herhaalde asielaanvraag neemt de IND de definitieve beslissing. Wanneer tijdens de procedure blijkt dat de IND meer onderzoek moet doen om een beslissing te kunnen nemen, wordt de aanvraag verder behandeld in de Algemene of Verlengde Asielprocedure.

Uitgeprocedeerd

Uitgeprocedeerde asielzoekers met kinderen houden opvang en worden overgeplaatst naar een Gezinsopvang locatie. Ondanks een afgewezen asielverzoek verblijven gezinnen in een Gezinsopvang locatie niet illegaal in Nederland omdat er vaak nog andere juridische procedures lopen. De gezinnen hebben wel een dagelijkse meldplicht. Tijdens het verblijf in de Gezinsopvang Locatie kunnen kinderen naar school. Een gezin heeft recht op deze opvang tot het jongste kind 18 jaar is. Hierna zal een terugkeer in gang gezet worden.

Opvang van alleenstaande minderjarige vluchtelingen

Voor minderjarige vluchtelingen gelden deels andere regels omtrent asielaanvraag en -procedures dan voor meerderjarige vluchtelingen.

Alleenstaande jongeren van 15 tot en met 17 jaar worden na hun aankomst in Nederland geplaatst in een procesopvanglocatie van het COA voor amv (pol-amv). Hier krijgen zij drie weken rust- en voorbereidingstijd. De IND heeft speciale hoorruimtes voor kinderen onder de 12 jaar waar medewerkers minderjarige kinderen kunnen horen. Door hun manier van vragen stellen houden zij er rekening mee dat de asielzoeker minderjarig is. Bij twijfel over de leeftijd van de jonge asielzoeker en een amv zijn gestelde leeftijd niet met documenten kan aantonen, wordt een leeftijdsonderzoek aangeboden door de IND. Als de amv dit aanbod niet aanneemt, wordt er aangenomen dat hij meerderjarig is. Een schouw is subjectief, wat maakt dat Nidos een leeftijdsonderzoek het geëigende middel vindt voor een leeftijdsbepaling. Tijdens de gehele asielprocedure worden zij bijgestaan door VluchtelingenWerk of een voogd van Stichting Nidos. De jongeren verblijven maximaal tien weken in de pol-amv.

Amv ‘s worden niet altijd opgevangen in een asielzoekerscentrum van het COA. Kinderen jonger dan 15 jaar mét of zonder verblijfsvergunning worden door voogdijinstelling Nidos geplaatst in een opvanggezin. Een opvanggezin is geen pleeggezin zoals de jeugdhulp die kent, maar asielopvang: Opvang en Wonen in Gezinnen (OWG). Dit zijn gezinnen met een culturele, religieuze en migratie achtergrond vergelijkbaar met het kind. Zij kunnen daar blijven wonen tot zij meerderjarig zijn. Ook kinderen van 13 of 14 jaar die niet meteen in een opvanggezin kunnen worden geplaatst worden opgevangen door het COA. Alle minderjarigen die zonder ouder(s) of andere gezaghebbende volwassene in Nederland verblijven hebben een voogd van Nidos en worden opgevangen door het COA.

De opvang van amv’s met een verblijfsvergunning valt onder de verantwoordelijkheid van Nidos. De huisvesting en dagelijkse begeleiding van deze jongeren wordt in opdracht van Nidos uitgevoerd door een aantal contractpartners. De kleinschalige opvangvoorzieningen bestaan uit kwe (kleine wooneenheid) en kwg (kinderwoongroep) locaties verspreid door Nederland.. Jongeren die na de algemene asielprocedure nog geen verblijfsvergunning hebben wonen onder de verantwoordelijkheid van het COA in een kleine woonvoorziening (kwv).

De alleenstaande kinderen en jongeren worden bij eventuele overplaatsingen, als het mogelijk is, in dezelfde regio geplaatst. Dit om de continuïteit van onderwijs, zorg en andere hulpverlening te kunnen borgen. Helaas gebeurt het in de praktijk regelmatig dat er geen passende opvang in de regio aanwezig is, waardoor jongeren buiten de regio geplaatst worden. Bij het bereiken van de leeftijd van 17,5 jaar gaan amv’s in een kleine woonvoorziening op het terrein van een asielzoekerscentrum wonen.

Vanwege capaciteitsproblemen, tekorten aan opvanggezinnen en het beleid om jongeren in kleine wooneenheden of groepen te plaatsen heeft Nidos in verschillende regio’s samenwerkingscontracten afgesloten met lokale (jeugd-ggz) instanties.

Amv’s die na de algemene asielprocedure geen verblijfsvergunning hebben gekregen worden overgedragen aan de Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V). Een belangrijke voorwaarde voor vertrek uit Nederland is dat adequate opvang aanwezig is in het land van bestemming. Een gespecialiseerde medewerker van de DT&V is regievoerder en bespreekt het vertrektraject met de voogd en de jongere. De DT&V bemiddelt bij de autoriteiten van het land van bestemming voor het verkrijgen van de benodigde reisdocumenten en ondersteunt waar mogelijk in de herintegratie na aankomst in het land van bestemming. Deze hulp op maat kan bestaan uit opvang, begeleiding, studie of werk en onderdak.

Mensenhandel

Zowel Nidos als het aanmeldcentrum in Ter Apel besteden aandacht aan signalen die wijzen op mensenhandel. Voor amv’s is mensenhandel een reëel probleem. Slachtoffers of getuigen van mensenhandel vallen onder een regeling genoemd B8/3 (vroeger B9) die het mogelijk maakt om een tijdelijke verblijfsvergunning te krijgen. Na een bedenktijd van drie maanden kan het slachtoffer besluiten aangifte te doen waarmee tevens een verblijfsvergunning wordt aangevraagd. Deze vergunning is geldig voor de duur van het onderzoek en de strafzaak. Het LOS adviseert en ondersteunt (potentiële) slachtoffers van mensenhandel.

Asielprocedure in beeld: film

Voor wie de asielprocedure in beeld wil bekijken, heeft VluchtelingenWerk een animatiefilm gemaakt.