Betrouwbare kennis over psychische problemen bij kinderen en jongeren

Zoeken
Generic filters
Exact matches only

Algemeen

Tics komen relatief veel voor bij kinderen en jongeren. De DSM-5-TR (American Psychiatric Association, 2022) definieert een tic als een plotseling optredende, snelle, herhaalde, niet-ritmische motorische beweging (motorische tic) of vocale uiting (vocale tic).

Motorische tics Vocale tics (geluidstics)
Enkelvoudige tics
  • Oogknipperen
  • Ogen rollen of wegdraaien
  • Grimassen trekken
  • Neus optrekken
  • Spugen
  • Tong uitsteken
  • Mond opensperren
  • Schouder trekken
  • Hoofdschudden
  • Buik aanspannen
  • Keel schrapen
  • Kuchen
  • Snuiven
  • Gillen
  • Blaffen
  • Knorren
  • Grommen
  • Tongklakken
  • Fluiten
  • Eenlettergrepige tonen zoals ‘eh’
Complexe tics
  • Huppelen
  • Rondje draaien
  • Aanraken van voorwerpen of mensen
  • Likken
  • Knijpen
  • Copropraxie: maken van ongepaste gebaren, zoals de middelvinger opsteken
  • Echopraxie: nadoen van bewegingen van anderen
  • Complexe ademhalingspatronen
  • Korte uitdrukkingen als ‘okee’, ‘oh man’, ‘hè hè’
  • Coprolalie: uiten van ongepaste woorden, zoals scheldwoorden, seksistische of racistische taal
  • Palilalie: herhalen van eigen woorden of zinnen)
  • Echolalie: herhalen van woorden of zinnen van anderen

Tabel 1: Voorbeelden van tics