Betrouwbare kennis over psychische problemen bij kinderen en jongeren

Zoeken
Generic filters
Exact matches only

Prevalentie

Niemand kent de prevalentie van het delier bij kinderen in de thuissituatie. Er zijn helaas ook geen betrouwbare, wetenschappelijk goed onderbouwde cijfers bekend over de prevalentie van delier bij opgenomen kinderen. Schieveld en collega’s (2007) vonden een leeftijdsgebonden cumulatieve incidentie op de PICU (Pediatrische Intensive Care Unit) in Maastricht van 3% bij 0-3 jarigen, oplopend tot 19% bij 15-17 jarigen, met als gemiddelde een incidentie van 5% (Schieveld e.a., 2007). Recenter onderzoek van Traube en collega’s (2017) toonde zelfs een prevalentie van 25% in hun onderzoek naar de betrouwbaarheid van de Cornell Assessment of Pediatric Delirium (CAP-D) (Traube e.a., 2017) en zelfs 53% bij kinderen jonger dan 2 jaar als gebruik gemaakt werd van een instrument specifiek ontwikkeld voor hele jonge kinderen (P-CAM, Smith 2016). Al deze prevalenties zijn van kinderen opgenomen op een IC (PICU).

Waarschijnlijk worden er minder delieren gemeten dan er in werkelijkheid zijn, omdat een goed diagnostisch instrument ontbreekt. Daarnaast zal van de gemiste delieren een aanzienlijk deel vermoedelijk bestaan uit hypoactieve delieren, aangezien de symptomen hiervan minder opvallend en dus moeilijker te herkennen zijn. Vaak zullen zij anders geduid worden als bijvoorbeeld “slechts” een stressreactie of een depressie. Dit hypoactieve delier is hierdoor lastig om te behandelen en heeft vaker een slechte afloop (Schieveld & Strik, 2017). Op een PICU is een groot deel van de opgenomen kinderen onder de drie jaar oud. Bij deze groep patiënten en met name bij baby’s is het delier moeilijker te herkennen. Door het ontwikkelen van specifieke screeningsinstrumenten voor jonge kinderen, zijn prevalenties waarschijnlijk hoger geworden en komen waarschijnlijk meer in de buurt van de werkelijkheid. Daarbij dringt de vraag zich op wie van deze kinderen behandeld moeten worden en of dat bij alle kinderen met een delier nodig is (Traube e.a., 2017).