Medicijnen hebben ook ongewenste effecten; dat noemen we bijwerkingen. In de bijsluiter staan een heleboel bijwerkingen. Het heeft geen zin om je bezig te houden met alle bijwerkingen die in de bijsluiter staan. Sommige bijwerkingen die in de bijsluiter staan, zijn niet belangrijk of komen heel zelden voor. Let op: als je ergens last van krijgt of als je je niet lekker voelt, op welke manier dan ook. Vertel dit dan aan je behandelaar. Dat zou een bijwerking kunnen zijn die hier niet wordt vermeld. Je behandelaar zoekt uit of het een bijwerking is of iets anders. Hieronder staan alleen de bijwerkingen die het vaakst voorkomen of die gevaarlijk kunnen zijn. Dat betekent niet dat jij die bijwerkingen ook altijd krijgt. Staat jouw klacht er niet bij, bespreek het met je behandelaar, het kan een zeldzamere bijwerking zijn of met iets anders te maken hebben. Sufheid, slapeloosheid, hoofdpijn, duizeligheid, minder goed kunnen concentreren Je voelt je suf. Je kan niet goed slapen. Je bent snel moe, of voelt je slaperig. Je bent duizelig. Je kan niet goed opletten, of lang je aandacht ergens bijhouden. Je vindt het moeilijk om (kleine) bewegingen uit te voeren. Dit is extra lastig tijdens het fietsen, spelen, leren of op school. Bewegen Je gaat trillen, of vindt het moeilijk om stil te zitten. Je spieren trekken opeens samen in je hoofd, gezicht of mond. Je spieren zijn stijf/gespannen waardoor het lastig is soepel te bewegen. Hierdoor kan je spierpijn of pijn in je gewrichten krijgen. Deze klachten kunnen enkele dagen na het innemen van aripiprazol beginnen, maar ook nadat je het al lang gebruikt. In overleg met je behandelaar kun je een lagere dosis proberen. Je maakt zuig-, kauw- en smakbewegingen. Je tong beweegt zonder dat je het wilt, of je maakt rare/grijzende trekkende bewegingen in je gezicht. Je maakt onbedoelde (zwaai)bewegingen in je vingers, tenen, armen, benen, schouders of heupen. Deze klachten kunnen enkele maanden na het innemen van aripiprazol beginnen, of als je net bent gestopt met aripiprazol. Overleg met je behandelaar als je deze klachten hebt. In overleg met je behandelaar kun je misschien een ander medicijn proberen. Gewicht verandert Je kunt meer eetlust krijgen, waardoor je dikker wordt door aripiprazol. Je kunt minder eetlust krijgen, waardoor je dunner wordt door aripiprazol. Als je dikker wordt is dat niet gezond. Het is erg lastig om je overgewicht weer kwijt te raken als je al veel dikker bent geworden. Op latere leeftijd kun je hierdoor suikerziekte (diabetes) krijgen en zelfs hart- en vaatziekten. Dat krijg je niet meteen, maar het is wel de reden om snel iets te doen. Als je dikker of dunner wordt, vertel het dan aan je behandelaar. Die weegt je dan en ziet ook meteen of je veel zwaarder of lichter bent dan bij de eerste keer dat hij je woog, voordat je aripiprazol gebruikte. Overleg met je behandelaar als je gewicht verandert door aripiprazol. Je behandelaar kan je adviseren over het maken van aanpassingen in je leefstijl of hij/zij zal de dosis kunnen verlagen, of een ander medicijn voorschrijven, tenminste, als dat kan. Buikpijn Je hebt last van buikpijn. Je hebt last van verstopping in je darmen. Je kan hierdoor niet goed naar de wc. Buikpijn komt heel soms voor als je net begonnen bent met het gebruik van aripiprazol. Het kan dan helpen om aripiprazol met eten in te nemen. Eet veel vezels (dat zit in groenten, volkorenbrood, fruit, noten) en drink veel om verstopping in je darmen tegen te gaan. Heb je na een paar dagen nog steeds klachten? Overleg met je behandelaar. Snelle hartslag, licht in je hoofd, duizelig Je hebt een snelle hartslag, bent duizelig en voelt een licht gevoel in je hoofd. Vooral als je opstaat uit bed of uit een stoel. Het kan helpen om dan even te blijven liggen of zitten. Je kan dan het beste je benen wat hoger te leggen, bijvoorbeeld op een kussen. Zorg dat je langzaam opstaat uit bed of uit een stoel. Vertel het aan je behandelaar. Die kijkt of het aan aripiprazol ligt of dat er iets anders aan de hand is. Als het aan aripiprazol ligt gaat het meestal na één of twee weken over. De seks gaat niet goed meer Je hebt geen zin meer in seks. Je kunt niet meer klaarkomen. Je hebt problemen met het krijgen van een erectie. Je kunt een aantal dingen proberen in overleg met je behandelaar om seksuele bijwerkingen te verminderen: een lagere dosis proberen een ander medicijn voorschrijven Koorts Als je koorts krijgt, moet je dat meteen aan je behandelaar vertellen. Vooral als ook je spieren stijf worden, of stijf aanvoelen. Waarschijnlijk heb je gewoon griep of iets anders. Maar soms krijg je koorts door aripiprazol en dat kan gevaarlijk zijn.