Betrouwbare kennis over psychische problemen bij kinderen en jongeren

Zoeken
Generic filters
Exact matches only

Nieuws

Spreker op het Congres kinder- en jeugdpsychiatrie Maartje van den Essenburg, over het belang van mentaal welbevinden op school

Kinderen juf voorlezen

Maartje van den Essenburg spreekt op 9 maart op het Congres kinder- en jeugspsychiatrie. Zij geeft daar de presentatie: Welbevinden op school. In aanloop naar het congres spreekt het Kenniscentrum met haar over de rol van de school bij het signaleren en bevorderen van het mentaal welbevinden van leerlingen.

Maartje van den Essenburg is (ortho)pedagoog en onderzoeker bij het programma Jeugd van het Trimbos-instituut.

Jij gaat vertellen over ‘Welbevinden op school’: één van de projecten die je bij het Trimbos onder je hoede hebt. Wat wordt je belangrijkste boodschap?

“De meeste toehoorders zullen in de kinder- en jeugdpsychiatrie en jeugdhulpverlening werken. Ik ga het hebben over wat je als school kunt doen vóór je die specialistische hulp van buiten moet inschakelen. Door schoolbreed aandacht te besteden aan welbevinden en te kijken wat daaraan bijdraagt, vergroot je de mentale gezondheidsvaardigheden van leerlingen.”

Waarom is dat zo belangrijk?

“Al vóór de coronapandemie waren er signalen dat de mentale gezondheid van jongeren onder druk staat. Dit al langer sudderende probleem is met de pandemie meer aan de oppervlakte gekomen. Van veel docenten horen we: die leerachterstand halen we uiteindelijk wel in. We maken ons meer zorgen over hoe het met sommige leerlingen gaat. Die vraag zou vaker centraal kunnen staan. Goed in je vel zitten, vrienden hebben, gemotiveerd zijn: het zijn beschermende factoren die voorkomen dat een jongere uitvalt en later psychische problemen ontwikkelt.”

Is mentale gezondheid wel de verantwoordelijkheid van scholen? Die hebben toch al genoeg op hun bord?

“Problemen met welbevinden uiten zich nu eenmaal op school: van niet gemotiveerd zijn tot veiligheidsincidenten. Aandacht voor welbevinden kan een sleutel zijn in het voorkomen van problemen. Daarnaast zijn sociaal-emotionele vaardigheden essentieel als je wil dat kinderen en jongeren gelijke kansen krijgen. School is de enige plek in ons land waar bijna alle kinderen komen. Daar kunnen ze die vaardigheden aanleren.”

“Er is ook een wisselwerking tussen goed kunnen leren en welbevinden. Als je goed in je vel zit kun je goed leren. Omgekeerd heeft goed onderwijs een positief effect op het welbevinden.”

Hoe zou je willen dat de ondersteuning op scholen georganiseerd is?

“Het ideale model is een piramidevorm: met onderin een brede basis waar de onderwijsprofessionals op een school met alle leerlingen werken aan mentale gezondheidsvaardigheden. Daarbovenop wil je iets extra’s bieden aan die leerlingen met wie het iets minder goed gaat. Voor de kinderen met wie het echt niet goed gaat, in het topje van de piramide, ligt er een ondersteuningsplan klaar.

In de praktijk zien we dat veel scholen een omgekeerde piramide hanteren. Er gaan veel tijd, aandacht en financiële middelen naar die kleine groep. Dat heeft tot gevolg dat de onderwijsprofessionals op een school de signalen mist dat het mentaal welbevinden binnen de grotere groep onder druk staat.”

Hoe kunnen scholen mentale gezondheid op scholen duurzaam verankeren?

“Dat is maatwerk. Alleen al omdat elke school een andere populatie kent. Op scholen waar kinderen zonder ontbijt naar school komen zijn andere interventies nodig dan op een middelbare school waar alcohol- of drugsproblematiek speelt. Welbevinden is natuurlijk breed; de lijst met mogelijke aanpakken, begeleidingen en behandelingen eindeloos. Mijn advies zou zijn: ga na waar je als school energie van krijgt. Waar lopen medewerkers, scholieren en ouders warm voor? Pas daar je inzet op aan. En zorg voor voldoende draagkracht, vooral onder de schoolleiding. Je kunt het niet alleen. Gelukkig merken we dat welbevinden op bestuursniveau steeds meer begint te leven. Schoolbesturen zoeken elkaar vaker op om erover te praten.”

“Investeer ook in deskundigheidsbevordering van de IB’er, docent of schoolpsycholoog die hier een rol in wil spelen. Zo biedt de Gezonde School-aanpak handvatten die specifiek gaan over welbevinden, met ondersteuning van een Gezonde School-adviseur. En maak gebruik van de expertise en cijfers die de lokale GGD’s hebben: betrek ook hen bij de plannen die je maakt.”

Het congres staat in het teken van samenwerking tussen onderwijs en jeugdhulpverlening. Is die er voldoende?

“Er zijn steeds meer verbindingen tussen jeugdhulp en school. Helaas kampt ook de jeugd-ggz met een tekort aan medewerkers, wat tot lange wachtlijsten leidt. Soms krijgen kinderen en jongeren ook te snel een doorverwijzing – iets wat goed te begrijpen valt. Je weet van tevoren niet of een kind later nog slechter af zal zijn, of dat het vanzelf goed komt. Aan de andere kant horen we veel terug dat mentoren en ondersteuningscoördinatoren constant beschikbaar willen zijn voor ouders en kinderen. Dat is óók niet wenselijk. Daarom is het des te belangrijk dat we zoveel mogelijk inzetten op mentale gezondheidsvaardigheden. Daar zullen we tijdens het congres van alles over horen. Het delen van goede voorbeelden zal de onderlinge samenwerking enorm ten goede komen.”