Betrouwbare kennis over psychische problemen bij kinderen en jongeren

Zoeken
Generic filters
Exact matches only

Differentiaal-diagnostische overwegingen

Concentratieproblemen bij ADHD moeten worden onderscheiden van aandachtsproblemen die (tijdelijk) kunnen voorkomen in het kader van een ingrijpende gebeurtenis, een posttraumatische stressstoornis, een angst- of stemmingsstoornis, een psychose, problematisch middelengebruik, een somatische aandoening of leerproblemen. Impulsiviteit is behalve bij ADHD ook een typerend symptoom bij (hypo)manie of bij een borderlinepersoonlijkheidsstoornis. Hyperactief of druk gedrag kan ook passen bij een geagiteerde depressie, een (hypo)manie of een psychose. De Gezondheidsraad (2014) spreekt van bijkomende psychiatrische stoornissen in “meer dan de helft van de gevallen”. Taurines en collega’s (2010) en Warikoo en Faraone (2013) hebben het in hun reviews over tweederde van de gevallen van ADHD waar comorbiditeit voorkomt. Het merendeel van deze stoornissen begint doorgaans op een latere leeftijd dan ADHD, en/of wordt gekenmerkt doordat er duidelijk afgebakende perioden zijn dat iemand symptomen heeft (een episodisch beloop). ADHD begint meestal eerder dan de andere aandoeningen (kleuter- of lagereschooltijd), waarbij de klachten zich gedurende langere tijd voordoen.